Jongeren met een spraak- of taalstoornis hebben ernstige problemen in de communicatie doordat ze veel moeite hebben met het begrijpen en/of uiten van taal.
Moeite met het begrijpen van taal is moeite met:
Het verwerken van informatie die je hoort (auditieve informatie)
Het onthouden van wat net is gezegd
Moeilijke woorden
Abstracte woorden
Lange zinnen
Samengestelde zinnen
Figuurlijk taalgebruik
Moeite met het gebruiken of uiten van taal is moeite met:
Het vinden van woorden
Zeggen wat je bedoelt
Het verwoorden van gevoelens en gedachten
Je begrijpelijk uiten
Zinsbouw
Het vertellen van een samenhangend verhaal
Uitspraak